Parlementaire vragen


Parlementaire vragen
SCHRIFTELIJKE VRAAG P-0533/02
van Ilka Schröder (GUE/NGL) aan de Raad
(14 februari 2002)


Betreft: Arrestatie van Rodriguez Fernández in het kader van EUROJUST

Op 16 januari 2002 is in Amsterdam Juan Ramón Rodriguez Fernández gearresteerd. Hij wordt ervan verdacht het ETA-commando Gorbea te hebben ondersteund door adressen van de vermeende rechts-extremist Pedro Varela door te geven aan een andere persoon die contact heeft met de ETA; dit komt neer op het "doorgeven van doelwitten voor aanslagen" (Jungle World nr. 7, 11.2.2002). Deze informatie is echter via het openbare telefoonboek van Barcelona voor iedereen vrij toegankelijk.Volgens berichten in de pers was de arrestatie "de eerste vrucht van het nieuwe EUROJUST-systeem, het justitiële samenwerkingsverband van de EU" (La Vanguardia) en is zij zeer snel verricht nadat het Spaanse Openbare Ministerie het Nederlandse OM hierom in het kader van EUROJUST had verzocht (NRC Handelsblad van 20.1.2002). Volgens de niet-gouvernementele organisatie Statewatch is de zaak door pro-EUROJUST afgehandeld (www.statewatch.org/news/2002/feb/02eurojust.htm).

Is de Raad bekend onder welke omstandigheden en op welke rechtsgrondslag de arrestatie heeft plaatsgevonden? Zo ja, hoe ziet die rechtsgrondslag eruit? Zo nee, welke instantie van de EU of in een van de lidstaten is bevoegd voor het verstrekken van inlichtingen aan leden van het EP en het publiek?

In hoeverre was pro-EUROJUST of EUROJUST bij de arrestatie betrokken en op welke rechtsgrondslag gebeurde dit?

Sluit het beschikbare bewijsmateriaal (doorgeven van een openbaar toegankelijk adres) volgens de Raad aan bij de definitie van terrorisme, zoals opgenomen in het kaderbesluit inzake terrorismebestrijding (14845/1/01 - C5-0680/2001 - 2001/0217(CNS))?

 

SCHRIFTELIJKE VRAAG E-0546/02
van Ilka Schröder (GUE/NGL) aan de Raad
(18 februari 2002)

Betreft: Huiszoeking in het pand"Vrankrijk" in Amsterdam door de Nederlandse politie

Op 17 februari 2002 omstreeks 3.30 uur bestormden circa 200 leden van de Amsterdamse politie het internationaal bekende gebouw "Vrankrijk" in de Spuistraat 216 in het centrum van de stad. Zij verwondden volgens de bewoners een buurman door een klap met een knuppel zo ernstig, dat deze in het ziekenhuis moest worden behandeld, en doorzochten alle 14 woningen (www.statewatch.org). Bij de huiszoeking werden diverse boeken, mobiele telefoons en een verzameling waterpistolen in beslag genomen. Volgens de bewoners doorzocht de politie ook woningen, waarvoor geen bevel tot huiszoeking was gegeven (http://www.indymedia.de/2002/01/13697.html).

1. Is de Raad op de hoogte van de huiszoeking in "Vrankrijk"? Op welke rechtsgrond is dat gebeurd?

2. Welke maatregelen denkt de Raad in de toekomst te nemen om huiszoekingen in gebouwen of delen van gebouwen in de lidstaten te voorkomen?

3. Is de Raad op de hoogte van eigen voorstellen of voorstellen van de Commissie die de grondrechten van mensen in de EU, met name het grondrecht inzake onschendbaarheid van de woning, beter tegen de willekeur van de politie beschermen?